Eind 1938 werd besloten over te gaan op de bouw van een nieuwe veerboot voor de lijn Vlissingen-Breskens. De twee veerboten konden door de toegenomen drukte het verkeersaanbod niet meer aan. Daarom werd vaak ook nog de Prins Hendrik van de veerdienst Hansweert-Walsoorden ingezet op het westelijke veer.
Aangezien binnen afzienbare tijd de veerhaven in Perkpolder zou worden geopend en de dienst geschikt zou worden gemaakt voor koplading, en dus het vervoer van de zwaarste vrachtwagens kon deze noodmaatregel niet lang meer worden toegepast. Als de Prins Hendrik op Vlissingen-Breskens voer, moest een veel kleinere veerboot de dienst overnemen op Hansweert-Walsoorden. Het was onvermijdelijk dat er een nieuwe veerboot moest komen.
Snelheid
Max. snelheid:
Dienstsnelheid:
1 mijl per uur is 1,852 km/u
10 mijl per uur is 18,52 km/u
Uitleg Eenheden
Een losse eenheid staat gelijk aan een personenauto.
Groter
Duidelijk was dat de nieuwe veerboot veel groter zou worden dan de Prinses Juliana, tot dan toe de grootste veerboot van de PSD. In de krant werden met trots de afmetingen van het schip gepresenteerd en ter vergelijking tussen haakjes de afmetingen van de Juliana erbij vermeld. Duidelijk was dat de nieuwe veerboot de volgende afmetingen zou krijgen: 74m x 12,19m x 4,30m.
3
foto’sHet rijdek zou economischer worden ingericht dan dat van de Prinses Juliana. Daar liep namelijk een luchtkoker van de machinekamer in het midden van het rijdek naar boven. Het totale oppervlakte aan rijdek zou 734 vierkante meter bedragen, verdeeld over vier rijbanen.
De kosten van de nieuwe veerboot werden in 1938 geraamd op zo’n 1,3 miljoen gulden. Pas begin 1939 zou een definitieve beslissing genomen kunnen worden door de Provinciale staten omtrent de veerboot. In juni 1939 deden de Geduputeerde Staten een voorstel aan de Provinciale Staten om het geld voor de nieuwe veerboot beschikbaar te stellen. De veerboot zou gebouwd worden volgens tekeningen en bestekken van technici van De Schelde. In november 1939 werd de bouw daadwerkelijk opgedragen aan De Schelde in Vlissingen.
Opschudding
De komst van de veerboot bracht heel wat teweeg in de provincie. Zo greep Ged. Staten het moment van indienststelling aan om te stoppen met de veerdienst Vlissingen-Neuzen. Doordat de frequentie van afvaarten zou stijgen op Vlissingen-Breskens leek het hen niet meer nodig de veerdienst in stand te houden.
Ook werd halverwege 1939 door Schuttevaer gewaarschuwd voor de grote zuiging die kan ontstaan in de haven van Breskens als de grotere veerboot in dienst zou komen. Begin 1940 veroorzaakte de Prinses Juliana schade aan meertouwen door de grote zuiging, zo zag Schuttevaer zich bevestigd in de kritiek.
Kleurstelling
Bij de stapelloop in 1941 was Bouwnummer 215 nog niet helemaal geschilderd. De romp was zwart en de opbouw grotendeels wit. Een krantenartikel uit 1939 laat de kleurstelling zien die later is toegepast voor de Koningin Juliana (1949) en de Prins Bernhard (1950). Op het voor- en achterschip stond in de planning een gestroomlijnde v-lijn, maar die is op Bouwnummer 215 niet aangebracht. De Juliana en Bernhard werden uitgerust met een hogere zwarte band op de flanken.
Sabbotage
De nieuwe veerboot kreeg bouwnummer 215 en de kiel werd op 2 oktober 1940 gelegd. Op 5 juli 1941 werd de nieuwe veerboot, nog altijd zonder officiële naam te water gelaten. Dit vond plaats tegen een sobere achtergrond, gezien de oorlogsomstandigheden. Bouwnummer 215 werd daarna opgelegd in het Arnekanaal, naast het wrak van de Prinses Juliana. De Duitse bezetter stond er echter op dat de veerboot afgebouwd zou worden.
Middelburg: oude dok
Volgens een artikel in Scheldeschakels (april 1978) werd de 215 op 8 januari 1944 terug naar Middelburg gesleept en ‘opgeborgen’ in het oude droogdok (achter de Beatrixbrug). De bedoeling was dat de bezetter het schip daar minder snel zou opmerken.
Haveningang geblokkeerd
Als in 1944 de bevrijding van Zeeland op handen is, slaan de Duitsers alsnog toe. Bouwnummer 215 wordt samen met de Prinses Juliana vanuit Middelburg naar Vlissingen gesleept. Luchtfoto’s laten zien dat in ieder geval op 14 oktober 1944 de 215 en de Juliana nog in het dok in Middelburg liggen. Samen met de Prins Hendrik worden ze later in de Vlissingse buitenhaven tot zinken gebracht, om de haveningang te blokkeren.
Wrak
Het wrak van Bouwnummer 215 blijft in de haveningang liggen tot 9 november 1945. Toen haalde een Engels drijvend bok de veerboot bovenwater en plaatste deze op het droge ten westen van het ‘eiland’, het gebied achter de sluizen in Vlissingen waar toentertijd slikken lagen. Op die locatie zijn de stevens geborgen in september 1946. Ook de hoofdmotoren van de 215 konden worden gered en zijn op het terrein van De Schelde geplaatst.
Wegens de grote beschadigingen ten gevolge van het laten zinken en het ontbreken van materiaal om de gehele veerboot te lichten werd hiertoe besloten.
De vrijwilligers van PSDnet.nl staan klaar voor rondleidingen in Vlissingen.
Nieuw begin
In 1947 werd de kiel gelegd van de 215II, zoals de oorspronkelijk 215 nu werd aangeduid. Het voor en achterschip van de 215 werden gebruikt voor de 215II, het middenschip werd nieuw gebouwd. Dit schip kreeg de naam Prins Bernhard.
Foto’s PSD-koplader Bouwnummer 215
Bekijk alle Zeeuwse foto’s van de PSD-veerboot Bouwnummer 215 (1941) op de fotopagina.