Gasolie
Het was op één van de enkeldekkers dat er een matroos de machinekamertrappen afdaalde en de dienstdoende machinist om een emmertje gasolie vroeg. ‘Om “boven” het één en ander schoon te maken’, vertelde hij. Daar dit wel vaker voorkwam, werd dit toegestaan en de matroos vertrok. Toen dit zich echter een aantal keren herhaald had, kregen ze ‘beneden’ argwaan en besloten ze de matroos te volgen. Aan dek ontdekte de machinist tot zijn stomme verbazing dat de matroos de gasolie aan de vrachtwagenchauffeurs verkocht!
Koffie
Als je dienst als machinistenhulp aan boord van de Prinses Irene begon, liep je samen met de rest van de ploeg – bestaande uit een werktuigkundige en een machinist – over een leeglopend rijdek over het stoepje de zijgang in op weg naar de machinekameringang. Onderweg was je dan meestal diegene die je moest aflossen al tegengekomen (als je hem al tegenkwam) en dan hoorde je meestal dat er geen bijzonderheden waren. Je voelt hem al aankomen, hij wilde zo snel mogelijk naar huis.
Jij verdween dan gelijk de ‘kombuis’ in en de heren doken de controlekamer in om de wacht over te nemen. Dit wacht overgeven moest altijd met het oog op de klok gebeuren, want de 10 minuten dat het schip binnenlag waren zo voorbij. Het is meer dan eens voorgekomen dat de tijd vergeten werd en er een extra reisje gemaakt moest worden.
In de ‘kombuis’ stond als het goed was de onderstaande ketel al te koken. De pleuris brak uit als dat niet het geval was, dat kreeg je dan de andere dag wel te horen!
Wat de snert was voor de passagiers, was de koffie voor het personeel. Links zien we het koffiehok met de kookplaat en links daarvan is nog juist te zien het dienblad met de koffiepot en de kopjes. Niks geen koffiezetapparaat anno 1986! Rechts bevindt zich de werkplaats met het gereedschap waar niemand thuis wat aan had.
© Jan Willemsen