Vandaag de dag ligt het 82 jaar oude schip te verpieteren in Zwolle, maar de Werkgroep PSDnet.nl spant zich in om het schip naar Vlissingen te halen. Het is te hopen dat ‘Luctor et Emergo’ snel weer van toepassing mag zijn op de veerboot Oosterschelde.
1. Breskens, mei 1940
Nederland geeft zich na het bombardement op Rotterdam over, maar in Zeeland vecht men met Franse hulp door. Wanneer de Fransen besluiten dat de stellingen niet langer te houden zijn, vluchten ze van Walcheren via Zeeuws-Vlaanderen terug naar Frankrijk. Terwijl een paar kilometer verderop Middelburg in vlammen opgaat, proberen de laatste soldaten op 17 mei de overkant te bereiken. Duitse Heinkel- en Junkersvliegtuigen begeven zich in het luchtruim boven de Westerschelde.
© Zeeuwse Bibliotheek / Beeldbank Zeeland
Wanneer de laatste troepen Breskens hebben bereikt, besluiten de Fransen om de PSD-schepen Prinses Juliana (links van het midden), Prins Hendrik (rechts van het midden), Ooster-Schelde (uiterst links) en de Prins Willem I (ook uiterst links) tot zinken te brengen. Bijna de gehele vloot van de PSD gaat in Breskens in vlammen op en zinkt.
Rechts op de foto is de aanleginrichting voor de kopladingsveerboten te zien. Links is de haveningang en kijk je de Westerschelde over in de richting van Vlissingen.
2. Arne
In september 1940 worden de Ooster-Schelde en de Prins Willem I in Breskens gelicht en de Ooster-Schelde wordt naar de voormalige rivier de Arne ten noorden van Middelburg gesleept. De Prins Willem I gaat voor herstel naar de KMS-werf in Vlissingen, waar het herstel wordt gesaboteerd. De Ooster-Schelde ligt bijna een jaar in de Arne.
3. Perkpolder
In augustus 1941 worden de casco’s – niet veel meer dan de romp is over – van de Ooster-Schelde en de Prins Willem I naar de nieuwe veerhaven van Perkpolder gesleept. De Prins Willem I ligt hier tot december 1942, de Ooster-Schelde blijft in Perkpolder tot eind maart 1943. Dan is er ruimte bij De Schelde in Vlissingen voor verder herstel.
4. Vlissingen, mei 1943
De veerboten zijn al aardig hersteld op de werf als Vlissingen in de nacht van 31 mei op 1 juni 1943 door de geallieerden wordt aangevallen. Een van de bommen komt tussen de Ooster-Schelde en de Prins Willem I terecht; de veerboten zinken in de Dokhaven. Het bombardement maakt ook burgerslachtoffers in Vlissingen, een van de bommen valt namelijk op wasserij Volharding waarbij veel jonge vrouwen om het leven komen.
© Zeeuwse Bibliotheek / Beeldbank Zeeland
Op de bovenste foto zijn zowel de Ooster-Schelde als de Prins Willem I te zien, de onderste foto toont een van de twee gezonken veerboten in de Dokhaven. De schepen worden voor verder herstel op de kade getild, waarna blijkt dat de veerboten zijn gebroken. Personeel van de werf saboteert ook hierna het herstelproces en de veerboten komen niet meer in de vaart tijdens de Tweede Wereldoorlog. De Ooster-Schelde en de Prins Willem I hebben de gehele oorlog niet gevaren en zijn de bezetter dus niet tot dienst geweest.
Na de bevrijding
Na de bevrijding wordt wél hard gewerkt om de twee zijladers te herstellen. Eerst vindt de tewaterlating van een ander schip plaats: de Willem Ruys loopt op 1 juli 1946 van stapel.
Ook dit passagiersschip valt in de oorlog niet in handen van de bezetter dankzij sabotage van het verzet. Heel Vlissingen is uitgelopen om de tewaterlating te bekijken en toeschouwers staan ook op de twee PSD-zijladers te kijken, die op dat moment op de kade staan.
© Zeeuwse Bibliotheek / Beeldbank Zeeland
De Willem Ruys is rechtsboven in beeld, de foto is genomen vanaf de Prins Willem I. Na het herstel in 1946 vervalt het koppelteken in de scheepsnaam ‘Ooster-Schelde’. Toeschouwers hebben de beste plekken bemachtigd op een ventilatie-opening en de ankerspil. De veerboten zelf worden op 29 juli 1946 te water gelaten.
Eerder gepubliceerde foto’s van de PSD-zijladers tijdens de Tweede Wereldoorlog en daarna zijn terug te vinden op de fotopagina’s van de Oosterschelde en de Prins Willem I. Klik op de banner hieronder voor meer informatie over de Reddingsactie Oosterschelde.