De veerboten vertrokken door het Kanaal Gent-Terneuzen naar de sluis van Terneuzen, waar bovenstaande ansichtkaart gemaakt is rond half 9 ’s ochtends. De veerboten gingen hier ieder hun eigen weg. Zo vertrok de Prins Willem I via Hansweert en Veere naar Vlissingen, de Prinses Juliana ging buitengaats een rondje varen om daarna de passagiers in Vlissingen te laten ontschepen voor een middagje strand.
De brede Westerschelde badend in het zonlicht, met haar zandbanken waarop speelse zeehonden dartelden. Het pittoreske Ellewoudsdijk op de achtergrond en de voorbijvarende schepen, dit alles liet na een overgetelijke indruk op de varenden.
Zo luidt de sfeerimpressie van de reis, de volgende dag opgetekend in de Middelburgsche Courant. Op het autodek van de Prinses Juliana speelt een orkestje en passagiers wagen zich aan een dans. De Juliana wordt in de krant omschreven als ‘het vlaggeschip van den Provinciale Stoombootdienst, een drijvend zeekasteel’.
‘Naar verluidt zullen in de toekomst meer dergelijke boottochten georganiseerd worden’, is de laatste zin van het artikel. Dit heeft niet zo mogen zijn, een paar maanden later begon de mobilisatie in Nederland. In de meidagen van 1940 ging het vlaggeschip van de PSD ten onder in de haven van Breskens en werd de Prinses Juliana nooit meer hersteld. Pleziertochten heeft de PSD na de jaren 30 nog maar zelden gemaakt.