Sinds de eerste kopladingsveerboot in 1927 gebouwd werd, lag de breedte van de schepen tussen de 12 en 14 meter. Men kon geen bredere schepen bouwen omdat deze niet in de zogeheten fuik zouden passen. De veerboot vaart zich vast in de fuik, wat de naam verklaart. Eind jaren 50 besloot de directie van de PSD over te stappen op grotere en bredere schepen.

Tijdperk van de Prinsesseboten (1958-1996)

De eerste van deze nieuwe klasse veerboten was de Prinses Beatrix uit 1958, met 102 x 18 meter veel groter dan de oude veerboten. Om het schip te kunnen ontvangen moesten bredere fuiken worden aangelegd, met de bijbehorende aanleginrichtingen. Deze bestaan uit twee heftorens die een brugdeel kunnen heffen, afhankelijk van het getij. Auto’s konden voortaan in twee rijen aan en van boord rijden, dit zorgde voor een sneller laadproces.

Uiteindelijk zijn drie vrijwel identieke veerboten gebouwd, naast de Prinses Beatrix ook nog de Prinses Irene (1960) en de Prinses Margriet (1964). Omdat de drie schepen vernoemd waren naar koninklijke zusjes en de scheepsnaam met ‘Prinses’ begon, werden de veerboten de Prinessenboten genoemd.

Onderstaande foto is gemaakt op 2 juni 1958. De heftorens zijn al gebouwd, maar de brug ontbreekt nog. De brug wordt begin juni in Kinderdijk bij de firma Kloos afgebouwd. Op de avond van dinsdag 17 juni 1958 komt de brug aan in Vlissingen.

Bij hoogwater op woensdag 18 juni werd de brug van 265 ton langzaam in de fuik gevaren, tot het gevaarte precies op zijn plek lag. Op de achtergrond van de foto’s is de Buitenhaven en het station van Vlissingen te zien. Bekijk meer foto’s op de pagina met aanlegsteigers.

Eenzelfde brug werd op 2 juli in Breskens ingevaren. Nadat alle werkzaamheden waren afgerond, kon op 29 juli de veerboot officieel worden ingewijd tussen Vlissingen en Breskens. Op 1 augustus werd de veerboot voor het eerst opgenomen in de reguliere dienstregeling. Niet zonder problemen, want de veerboot had te maken met de nodige kinderziektes. Al op de eerste dag van de ingebruikname moest de dienst meerdere malen worden onderbroken door technische problemen.

De problemen werden snel opgelost en de Prinses Beatrix heeft nog tot 1994 voor de PSD gevaren. De aanleginrichting werd tussen 1985 en 1986 omgebouwd voor de komst van de eerste dubbeldeksveerboot naar Vlissingen-Breskens. In 2004 is de aanleginrichting in Vlissingen gesloopt. Tegenwoordig zijn alleen het betonnen frame en de meerpalen van de fuik nog intact.